DNA-spoor leidde naar verdachte in coldcasezaak

DEN HAAG - Mustapha A. en zijn advocaten vonden gisteren geen gehoor bij de Haagse rechtbank met hun vragen over een nieuwe reconstructie en een nieuw dna-onderzoek. A. (47), inwoner van Maassluis, wordt verdacht van de moord op Iwona Galla in 2003; gisteren was een pro-forma zitting. Het was zijn dna dat leidde tot de arrestatie van A., dit voorjaar. Dat zat onder de nagels van de vrouw, die in een woning in Naaldwijk om het leven werd gebracht. Zij woonde toentertijd in Schiedam. A. ontkent.

De advocaten van A. probeerden in de zitting twijfel te zaaien over dat dna-spoor. Dat kan ook op andere manier onder de nagels van Galla terecht zijn gekomen. Ook stelden ze een reconstructie voor. "Hoe kan zijn dna nu onder haar vingers komen als ze van achteren met een hard voorwerp is geslagen?" De officier van justitie kon wel verklaren waarom: nadat de vrouw op haar achterhoofd werd geslagen, is ze ook gewurgd. "Ze heeft zich verweerd in een poging lucht te krijgen.'' De rechtbank wees alle suggesties af. Om een nieuw onderzoek te gelasten, wilde de rechter een veel concreter scenario van de advocaten horen.

Galla kwam in 2001 naar Nederland, na een studie pedagogiek. Ze werkte in de kassen en vond een 'lucratief' bijbaantje met het knippen van henneptoppen. Volgens justitie werd dat ook haar dood: A. zou de toppen hebben willen stelen. Toen hij daarbij op de Poolse stuitte, ging het mis. Volgens de onderzoekers was nadien de oogst verdwenen, net als 12.500 euro aan geld.